Maar voordat we deze cognitieve en psychologische aspecten induiken, krijgen we in deel 1 eerst een samenvatting van de twee eerdere boeken: Risicogestuurd werken en Risicoleiderschap. Hoofdstuk 1 gaat in op de VUCA wereld (Volatile, Uncertain, Complex, Ambigue) en de wicked problems, die Van Staveren ‘wild’ noemt. Deze omgeving en deze vraagstukken zijn niet (meer) te behappen door het traditionele risicomanagement. In hoofdstuk 2 doet daarom risicoleiderschap zijn intrede, met een focus op het omgaan met risico’s in plaats van het beheersen (lees: vermijden en verminderen) ervan.
In hoofdstuk 3 worden de traditionele methoden (COSO, ISO, etc) uitgebeend naar 6 algemene risicostappen en deze weer naar 3 dagelijkse vragen: Wat is het doel; Wat is onzeker; en Wat ga je er (al dan niet) aan doen? Deze 3 vragen stellen en beantwoorden in je dagelijks werk is de kern van risicogestuurd werken. Zo simpel is het. Om op deze manier te werken moet je risicoleiderschap tonen, en Van Staveren geeft je 20 vaardigheden die je daarvoor moet beheersen.
Ofschoon dit eerste deel al een derde van het boek beslaat, is het vrij kort door de bocht, zeker in vergelijking met het zorgvuldige betoog van de twee boeken waarop het is gebaseerd.
Tot zover deel 1, met als resultaat 20 vaardigheden die we ons eigen moeten maken. Wat is daar zo lastig aan? Nou, omgaan met risico’s doen we al zolang we bestaan. Er zitten dus nogal wat standaardreacties verankerd in ons brein. Hiermee gaan we in deel 2 aan de slag.
Hoofdstuk 4 zoomt in op onze sociaal psychologische basisbehoeften: geborgenheid, autonomie en erkenning. In relatie tot risico’s kun je stellen dat geborgenheid risicomijdend is, autonomie risicozoekend en erkenning een balans van die twee. Dat botst dus, binnen de persoon, tussen personen, maar ook op organisatorisch en maatschappelijk niveau. Dit inzicht helpt je met de ontwikkeling van je vaardigheden.
Het hoofdstuk gaat verder over de fysieke samenstelling en ontstaansgeschiedenis van onze hersenen, behandelt de twee systemen van Kahneman, biases, diversiteit, en nog veel meer. Het geeft een globaal overzicht van de diverse theorieën op dit gebied, maar gaat daarin naar mijn mening te ver, sommige schrijvers(-sters) lijken er met de haren bijgesleept.
Het gedachtegoed van Margriet Sitskoorn wordt het meest uitgebreid aangehaald, net zoals in Risicoleiderschap. Met haar EFFECT-programma train je de neuroplasticiteit. En dat helpt je om je 6 basisvaardigheden te ontwikkelen. Die basisvaardigheden helpen je weer met de 20 risicoleiderschapsvaardigheden.
Hoofdstuk 5 gaat er vanuit dat je nu je eigen risicoleiderschapsvaardigheden hebt ontwikkeld, en je aan de slag gaat met het ‘meekrijgen’ van anderen in je organisatie. Hierbij komt het leervermogen van de organisatie aan de orde, de fixed en growth mindset van Carol Dweck, en het belangrijkste: het creëren van een veilige omgeving om dat leren mogelijk te maken. Psychologische veiligheid dus. Dit hoofdstuk geeft een aanpak om het risicoleiderschap in de organisatie te ontwikkelen, met een focus op het aanpassen van het gedrag. Wie gaat wat doen, in welke situatie, wanneer, hoe vaak? Hierbij worden praktische voorbeelden gegeven.
Ten slotte hoofdstuk 6, met voorbeelden hoe risicoleiderschap geïmplementeerd is (of wordt) in bestaande organisaties en hoe een implementatieplan er uit kan zien. Hierbij komen ook de HRO (high reliability organizing) organisaties aan de orde. Ik vond de praktijkvoorbeelden uit dit hoofdstuk wat te abstract, dat kan met geheimhouding te maken hebben. Ze geven net te weinig handvatten om na te volgen. De lessen die eruit geleerd worden zijn:
- Integratie van risicoleiderschap in alle activiteiten en disciplines,
- Commitment van het topmanagement,
- Het simpel houden.
Overall is dit een prettig geschreven boek dat inspeelt op twee actuele thema’s: onze wereld die razendsnel verandert en de huidige fascinatie met het wetenschappelijke onderzoek over de werking van onze hersenen. Jammer genoeg lijken onze hersenen niet snel genoeg te veranderen om de VUCA wereld bij te houden!
Om de noodzaak en de achtergronden van risicoleiderschap goed te begrijpen, is het lezen van het voorgaande boek van Van Staveren eigenlijk wel nodig (en absoluut de moeite waard). Risicomanagement en -leiderschap is uiterst relevant, hier kan niet genoeg aandacht voor zijn. Heel fijn dus dat Van Staveren ons weer met de neus op de feiten drukt: ons omgaan met risico’s kan vééél beter! Iedereen risicoleider geeft hier handreikingen voor die prettig eenvoudig zijn gehouden, zoals de Drie Dagelijkse Vragen (i.t.t. de COSO en ISO boekwerken). Knap gedaan.
Ik vroeg mij nog wel wat af: hoe ontwikkel je je eigen risicoleiderschapsvaardigheden in een psychologisch onveilige omgeving? Want je hebt die vaardigheden nodig om van je omgeving een veilige omgeving te maken… Dat klinkt als een kip-ei probleem. Tenzij je met een supervaardige buitenstaander begint?
Over Elly Stroo Cloeck
Elly Stroo Cloeck is project- en interim-manager op het gebied van Finance, Internal Audit en Risk Management. Daarnaast schrijft ze recensies en samenvattingen van managementboeken.