Zes jaar geleden schreven Erasmus-professor Wim van Dinten en zijn toenmalig student Imelda Schouten het boek Met gevoel voor realiteit. Een 765 pagina’s tellend werk dat lang niet door iedereen werd begrepen, maar alom verbazing en toch ook verwachting wekte. Het boek werd genomineerd voor de prijs van Managementboek van het jaar, haalde de hoofdprijs niet maar men was het erover eens dat de auteurs ‘iets nieuws’ hadden aangeboord dat nadere bestudering behoefde.
Nu hebben ze een nieuw boek gepubliceerd: Zijn zij gek of ben ik het? (met als ondertitel: 'Hoe je oriëntaties gebruikt bij organiseren'). Het is een stuk dunner (270 pagina's) en ook een stuk leesbaarder dan de voorganger en het nieuw gecreëerde gedachtegoed blijkt in de tussenliggende zes jaar gerijpt tot een methode die in organisaties gebruikt kan worden.
Van Dinten en Schouten gaan uit van wat zijn noemen ‘oriëntaties’. De wereld – en zeker die van organisaties - is vol van misverstanden, blinde vlekken en – bijgevolg – conflicten die ontstaan op manieren waar we met ons rationele verstand vaak moeilijk bij kunnen. Volgens Van Dinten en Schouten heeft veel van die ellende te maken met de fundamentele manier waarop mensen zich in het leven oriënteren. Ze onderscheiden vier fundamentele oriëntaties voor mensen: de zelfreferentiële, de sociale, de open en de rationele. We krijgen erbij te lezen dat elk individu een oriëntatiemix in zich herbergt, waarbij doorgaans twee van de basisoriëntaties domineren.
Probleem van die oriëntaties – je zou ze ook vooringenomenheden kunnen noemen - is dat mensen zich er niet van bewust zijn welke van de vier hun wereldbeeld en hun gedrag bepalen, maar daar wél naar handelen. Zo zal de door zelfreferentialiteit en rationaliteit gedreven manager zijn eigen succes najagen met excelsheet en powerpoint-presentatie in de hand, maar zal-ie niet beseffen wat de ongewenste impact van zijn handelen op de buitenwereld zou kunnen zijn. Iets wat voor iemand die vanuit een sociale oriëntatie opereert onvoorstelbaar is en voor iemand die met een open oriëntatie in het leven staat ook.
Wat die zienswijze kan opleveren? Volgens de auteurs het vermogen om ‘een verschil te maken’. Een lastige term, want dat deed Adolf Hitler ook, maar het is hier natuurlijk bedoeld in positieve zin.
De zelfreferentiële ‘winnaar’ die oog krijgt voor zijn eigen vooringenomenheden, zou zich kunnen realiseren dat ‘winnen’ niet het enige doel is in dit leven, terwijl de meer sociaal georiënteerde persoon zou kunnen gaan inzien dat Porsche-rijders en graaiers ook maar mensen zijn, en dat winnen wel degelijk een voorwaarde is om iets succesvol van de grond te krijgen.
Beide worden bewuster, krijgen meer oog voor ‘de ander’. De een stapt misschien wel uit z’n Porsche, de ander van z’n morele troon en als het even mee zit wordt er zo nog iets nieuws mogelijk tussen die twee.
In organisaties kan dit tot interessante processen leiden. Waarom denken topmanagers dat ze een soort natuurlijk recht hebben op een buitensporig salaris? En waarom blijven hele hordes mensen daar maar over kankeren? Is een organisatie intern gericht (IK moet groeien) of extern (wat kan ik voor de buitenwereld betekenen), is er verbinding tussen management en medewerkers, of leeft de top in zijn eigen virtuele realiteit?
In ieder geval mag duidelijk zijn dat in het huidige tijdsgewricht de zelfreferentiële en de rationele oriëntatie de bovenhand hebben, gecombineerd tot een interne gerichtheid waarbij IK moet groeien. Met alle gevolgen van dien – zie de kredietcrisis, of ons huidige onvermogen om in gezamenlijke inspanningen onze energievoorziening of het vervoer te verduurzamen. En hoe meer managers en beleidsmakers dergelijke problemen slechts gewapend met hun cijfermatige ratio te lijf proberen te gaan, zonder contact te maken met de vraag wat er werkelijk nodig is, hoe meer kwaad ze aan zullen richten – doorgaans met de beste bedoelingen.
Organisaties en individuen de ogen openen voor die realiteit, dat is de missie van Van Dinten en Schouten. Bent u geboeid? Lees dan dit boek.
Over Pierre de Winter
Pierre de Winter is freelance journalist.