In eerste instantie doen de titel, omslag en ondertitel geen belletje rinkelen. Op pagina 5 staat in grote letters dat Huispoezen en buitenkatten geschreven is voor corporatiemedewerkers en hun huurders. De lezer krijgt met een zeer breed palet aan onderwerpen te maken, die weer eigenstandig gelezen kunnen worden. Er is geen ordening aangebracht in de losstaande stukjes. Aan de ene kant heel irritant, maar het maakt ook weer dat je door blijft lezen omdat de thema’s zo gevariëreerd zijn.
Borova’s motivatie om dit boek te schrijven is primair dat hij mensen aan het denken wil zetten. Hij beoogt mensen te inspireren om tot innovatie te komen. Dat doet hij op basis van verhalen die direct of indirect gelieerd zijn aan woningbouwcorporaties in breedste zin.
Maslow: wonen als basisbehoefte
De piramide van Maslow maakt duidelijk inzichtelijk wat het belang van huisvesting is: een basisbehoefte. Tel daarbij op dat woningen van woningbouwcorporaties schaars zijn, en de beschikbaarheid ervan alleen is weggelegd voor de sociaaleconomische onderklasse. Oh ja, laten wij de bezuinigingen op de GGZ ook niet vergeten. Ook deze mensen vormen tegenwoordig een uitdaging voor woningbouwcorporaties. Dit alles maakt dat armoede, uitsluiting en kansenongelijkheid zich bijna zichtbaar voltrekken in waarneembare scheidslijnen langs koop- en huurwoningen, en helaas ook langs etnische lijnen. Wat kan daar nu inspirerend aan zijn?
Wat als Google een woningcorporatie was?
En daar komt de verassing! Want wat als Google een woningcorporatie was?! Wat zou dat betekenen voor de customer experience? Zou Google zijn klanten in afgedankte woningen laten wonen en hen herhaaldelijk afwijzen dan wel vertellen dat de wens van de klant ‘niet in het systeem past?’ Nee! ‘The computer says no!’ komt voornamelijk voor in overheidsland en in de non profit sector. Googlecorporatie zou de ideale match tot stand brengen op basis van zoekresultaten. Google speelt sneller in op de veranderingen in de sociale structuur in de wijk waarop zij hun leefbaarheidsplannen zouden afstemmen. Big data zou leidend zijn. Maar het uitblijven van concurrentie in ambtenarenland en non-profitland zorgt ervoor dat er geen drang is om te innoveren en al helemaal niet om klantgericht te zijn. Geen disruptie van buitenaf en een heel laag adaptief en digitaliserend vermogen maken het logge, gezapige organisaties. Borova zet inderdaad aan het denken, maar vooral tot anders kijken naar hetzelfde vraagstuk.
War on talents
We blijven nog even bij de vergelijking van een corporatie met Google. Op pagina 42 wordt het interessanter als de auteur met ‘The war on talents’ komt. Wie niet doorheeft dat dit hier in Nederland al lang aan de gang is, heeft onder een steen gelegen. De toekomstige collega’s zijn namelijk stuk voor stuk hoger opgeleid, digitaal vaardiger, analytischer en empathischer! Hoe dat komt? De meeste mensen draaien hun routines af en zijn ongemerkt irrelevant geworden door gebrek aan aanpassing aan de nieuwe geldende eisen. Jawel! Borova haalt de theorie over fixed mindset en growth mindset van Dweck aan als een van de verklaringen voor het irrelevant worden van medewerkers. Daarnaast staat hij stil bij het ‘nine grid-model’ (een middel om de prestaties, talenten en het potentieel van medewerkers in kaart te brengen, red.) en hoe je als manager onderscheid moet maken tussen frontrunners (early adaptors genoemd in de marketingwereld), de ruggengraat (kritische massa) en de groep achterblijvers.
Hoe stimuleer je de groep achterblijvers om bij te blijven en mee te doen? Ze zijn ooit fris en gewillig binnengekomen, maar zijn inmiddels verworden tot de groep ‘hakken in het zand waar je met een grote boog omheen loopt’. Deze groep is killing voor welke organisatie dan ook, ze willen niets, verzuren en zorgen ervoor dat elke vorm van vernieuwing en innovatie verzandt. Borova stelt voor om ze uit hun comfortzone te halen en ze te blijven prikkelen. Google zou deze mensen direct op straat zetten.
Tevreden klanten kosten minder
Borova geeft tal van adviezen en inzichten mee om – ondanks het feit dat je in een markt werkt zonder concurrentie en geen winstoogmerk hebt – toch als een Coolblue of Google te denken. Simpelweg omdat tevreden huurders de organisatie minder kosten aan dienstverlening dan ontevreden huurders.
Al met al is Huispoezen en buitenkatten een heel sympathiek, goed leesbaar en gevarieerd boekje dat eindigt met de 10 kenmerken van innovatieve organisaties. Hopelijk schrijft de auteur zijn volgende inspiratieboek over hoe je al die mensen met veel te hoge inkomens zo snel mogelijk uit de sociale huurwoningen krijgt.
Over Elmas Duduk
Elmas Duduk is psycholoog en bedrijfskundige. Als expert Lerende Organisaties en Veranderkundige begeleidt zij gerenommeerde organisaties bij complexe verandertrajecten, inrichtingsvraagstukken en kennismanagement. Als coach begeleidt zij executives en high performers. Zij is auteur van de boeken Crossmenstorschap en Comforttransitie.